Search
Close this search box.

Analyse racisme

Kif Kif neemt de partijprogramma’s van de zeven grootste Vlaamse partijen onder de loep

Racisme speelt een grote rol in de samenleving. Steeds opnieuw dient het als ideologisch smeermiddel voor uitsluiting en geweld, oorlogen, uitbuiting en dodelijk migratiebeleid. Maar ook op kleinere schaal slaatracisme diepe wonden: in gemeenschappen, gezinnen en individuen, en tussen mensen onderling. Anti-zwartracisme, islamofobie, Romafobie, anti-Aziatisch racisme en antisemitisme zorgen ervoor dat grote groepenmensen op dagelijkse basis uitgesloten worden in de samenleving. De strijd tegen racisme is dus cruciaal voor gelijke kansen.

Met het oog op de verkiezingen van 9 juni analyseerde Kif Kif de partijprogramma’s van de zeven grootste Vlaamse partijen. Specifiek gingen we na welke visie en maatregelen zij formuleerden rond 14 kernthema’s om racisme aan te pakken. Concreet toetsten we de partijprogramma’s aan de 14 beleidsaanbevelingen die Kif Kif formuleerde op 21 maart 2024, de internationale dag tegen racisme. Je kan de informatie van deze analyse raadplegen per partij en/of per onderwerp. Let wel, aangezien N-VA nog maar recent haar partijprogramma publiceerde, werken we nog volop aan deze analyse. Deze informatie is zo snel mogelijk beschikbaar.

Filter_Partij2

Aandacht voor gekleurde armoede (cd&v)

cd&v doet hierover geen voorstellen in haar verkiezingsprogramma.

Impactanalyse

Groen heeft veel aandacht voor armoedebestrijding, maar enkel als het gaat over werk leggen zij daarbij ook de link met discriminatie op basis van afkomst. Om de strijd tegen armoede en racisme nog meer op elkaar af te stemmen en zo gekleurde armoede aan te pakken, is het belangrijk om etnscih-culturele organisaties en ervaringsdeskundigen te betrekken.

Relevante passages uit het partijprogramma van Groen

p. 6: “Eerlijk klimaatbeleid, dat is ook de ongelijkheid aanpakken. Want de 10% rijkste Belgische gezinnen stoten maar liefst 10 keer zo veel uit als de 10% armste gezinnen. En wie moeilijk rondkomt, voelt de impact van de klimaatcrisis het eerst en het hardst.”

p. 6: “Eerlijk klimaatbeleid, dat is je nooit meer zorgen maken over je energierekening. Want je leeft in een goed geïsoleerde woning met zonnepanelen op je dak.”

p. 51: “….een voedzame, lekkere en duurzame schoolmaaltijd voor elk kind. Voor kinderen van ouders die moeilijk rondkomen, is die maaltijd gratis”

p. 51: “..toegankelijk hoger onderwijs door voldoende hoge studie- beurzen en betaalbare studentenwoningen. Voor praktijktesten en structureel racisme in onderwijs, zorg, arbeidsmarkt en woningmarkt, zie paragraaf over praktijktesten.”

p. 72: “Een groter Sociaal Klimaatfonds, dat mensen die moeilijk rondkomen meeneemt in de klimaattransitie”.

p. 36 en p. 37: “…..pakken armoede aan zonder iemand achter te laten. Dat doen we niet vanuit controle, dwang en straf, maar vanuit solidariteit en vertrouwen. In de federale regering hebben we de strijd tegen armoede met vuur geleverd. We zorgden voor hogere minimumlonen, hogere pensioenen, en hogere uitkeringen. Maar het werk is niet af. Een eerlijk inkomen is het beste middel in de strijd tegen armoede. We strijden voor goede lonen en tegen sociale dumping. We houden het leven betaalbaar, ook voor wie moeilijk rondkomt. We verdubbelen daarom het sociaal huuraanbod en zorgen voor een ruimere huurtoelage voor mensen op de wachtlijst die op de private markt moeten huren. Op basis van het housing first principe maken we een einde aan dak- en thuisloosheid. We houden de energiefactuur onder controle. We versterken het sociaal energietarief, zodat energie voor iedereen betaalbaar blijft. En met een renovatiesprint zorgen we ervoor dat iedereen in een energiezuinige woning kan leven, ook wie zelf de renovatie niet kan betalen. Met een abonnement voor het openbaar vervoer voor 12 euro per jaar zorgen we ervoor dat ook jongeren, ouderen én mensen die moeilijk rondkomen zich vlot en goedkoop kunnen verplaatsen. En we strijden tegen overmatige schulden, want schulden en armoede zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden. We leggen de schuldenindustrie aan banden en versterken de hulpverlening voor mensen die schulden hebben. Een sterke en toegankelijke sociale zekerheid,…”

p. 44: “Groen wil werken doen lonen. We willen lasten eerlijk verschuiven van arbeid naar vermogen en de laagste lonen optrekken. We dichten de groeiende kloof tussen de hoogste en de laagste inkomens en bevorderen de sociale mobiliteit.”

p. 44: “…het verschil tussen de hoogste en laagste lonen eerlijker maken, door meer transparantie over topinkomens, en door de sociale partners te vragen het maximale verschil tussen de hoogste en laagste lonen binnen bedrijven vast te leggen.”

p. 22: “….de btw op deelmobiliteit verlagen naar 6%.”

p. 22: “…goedkopere treintickets bij de NMBS”

p. 37 en 38: “….uitkeringen boven de armoedegrens liggen, is een vanzelfsprekendheid. Met een welvaartsgarantie zorgen we ervoor dat niemand onder de armoedegrens leeft en de kinderbijslag zetten we in als een échte hefboom tegen gezinsarmoede. Sociale rechten kennen we automatisch toe zodat alle mensen krijgen waar ze recht op hebben.Arm of rijk, iedereen heeft recht op dezelfde, kwalitatieve dienstverlening. Zorg houden we betaalbaar door een verhoogde tegemoetkoming automatisch toe te kennen en bij de dokter betaal je alleen nog het remgeld. Wie vragen of hulp nodig heeft, moet terecht kunnen bij een aanspreekpunt bij de overheid, niet gewoon een digitaal loket.Armoede aanpakken zonder iemand achter te laten, dat begint bij een eerlijke start voor elk kind en elke jongere. Een plaats in de kinderopvang is een recht voor elk kind, niet alleen voor kinderen met werkende ouders. En met gratis onderwijs zorgen we voor eerlijke kansen op school. Zolang armoede niet in de kern aangepakt wordt, willen we gratis schoolmateriaal en kostendekkende schooltoelages voor gezinnen met lage inkomens, en voedzame maaltijden op school, gratis voor wie het nodig heeft. Ook als je moeilijk rondkomt moet je kunnen deelnemen aan de samenleving. Met drempelverlagende initiatieven krijgt iedereen toegang tot het cultuur-, sport- en vrijetijdaanbod. We verankeren de participatie van mensen in armoede aan de samenleving door het armoede- middenveld nauw te betrekken bij het beleid en de uitrol ervan.”

p. 75 “….meer mensen recht geven op gratis juridische bijstand”

“Mensen met een migratieachtergrond (en andere discriminatiegronden) hebben een groter risico hebben op armoede. Veel mensen met een migratieachtergrond kunnen hun potentieel op de arbeidsmarkt niet verwezenlijken door structurele hindernissen. Groen wil een pact voor meer gelijkheid en diversiteit op de arbeidsmarkt tussen overheden, werknemers en werkgevers.” (uitgebreid programma p. 14)

Samenvatting

In de context van groeiende economische ongelijkheid en stijgende inflatie, is het belangrijk om rekening te houden met de verwevenheid van racisme en economische uitsluiting. Belgen met een migratieachtergrond lopen een groter risico om in armoede terecht te komen. Open Vld wil dat anderstalige werknemers en werknemers met een migratieachtergrond betere toegang krijgen tot de arbeidsmarkt. De partij wil onbenutte budgetten van de VDAB verschuiven naar bedrijven die een eigen taalverwervingsbeleid ontwikkelen.

Impactanalyse

Hierdoor ontstaat een groter risico op discriminatie en uitsluiting van de arbeidsmarkt. Vooral omdat niet is gespecificeerd hoe dit taalverwervingsbeleid er inhoudelijk uit zal zien en hoe dit wordt geëvalueerd. Uit het migratiebeleid van Open Vld blijkt dat de toegang tot sociale zekerheid of leefloon niet alleen beperkt wordt, maar ook voorwaardelijk zal zijn. Deze uitdagingen dragen juist bij aan gekleurde armoede.

Relevante passages uit het partijprogramma van Open Vld

6 “Eerlijk klimaatbeleid, dat is ook de ongelijkheid aanpakken. Want de 10% rijkste Belgische gezinnen stoten maar liefst 10 keer zo veel uit als de 10% armste gezinnen. En wie moeilijk rondkomt, voelt de impact van de klimaatcrisis het eerst en het hardst.”

6 Eerlijk klimaatbeleid, dat is je nooit meer zorgen maken over je energierekening. Want je leeft in een goed geïsoleerde woning met zonnepanelen op je dak.

51 “….een voedzame, lekkere en duurzame schoolmaaltijd voor elk kind. Voor kinderen van ouders die moeilijk rondkomen, is die maaltijd gratis”

51 “..toegankelijk hoger onderwijs door voldoende hoge studie- beurzen en betaalbare studentenwoningen.”

Voor praktijktesten en structureel racisme in onderwijs, zorg, arbeidsmarkt en woningmarkt, zie paragraaf over praktijktesten. 

72 “Een groter Sociaal Klimaatfonds, dat mensen die moeilijk rondkomen meeneemt in de klimaattransitie”.

36 en p. 37 “…..pakken armoede aan zonder iemand achter te laten. Dat doen we niet vanuit controle, dwang en straf, maar vanuit solidariteit en vertrouwen. In de federale regering hebben we de strijd tegen armoede met vuur geleverd. We zorgden voor hogere minimumlonen, hogere pensioenen, en hogere uitkeringen. Maar het werk is niet af. Een eerlijk inkomen is het beste middel in de strijd tegen armoede. We strijden voor goede lonen en tegen sociale dumping. We houden het leven betaalbaar, ook voor wie moeilijk rondkomt. We verdubbelen daarom het sociaal huuraanbod en zorgen voor een ruimere huurtoelage voor mensen op de wachtlijst die op de private markt moeten huren. Op basis van het housing first principe maken we een einde aan dak- en thuisloosheid. We houden de energiefactuur onder controle. We versterken het sociaal energietarief, zodat energie voor iedereen betaalbaar blijft. En met een renovatiesprint zorgen we ervoor dat iedereen in een energiezuinige woning kan leven, ook wie zelf de renovatie niet kan betalen. Met een abonnement voor het openbaar vervoer voor 12 euro per jaar zorgen we ervoor dat ook jongeren, ouderen én mensen die moeilijk rondkomen zich vlot en goedkoop kunnen verplaatsen. En we strijden tegen overmatige schulden, want schulden en armoede zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden. We leggen de schuldenindustrie aan banden en versterken de hulpverlening voor mensen die schulden hebben. Een sterke en toegankelijke sociale zekerheid,…”

44 “Groen wil werken doen lonen. We willen lasten eerlijk verschuiven van arbeid naar vermogen en de laagste lonen optrekken. We dichten de groeiende kloof tussen de hoogste en de laagste inkomens en bevorderen de sociale mobiliteit.”

44 “…het verschil tussen de hoogste en laagste lonen eerlijker maken, door meer transparantie over topinkomens, en door de sociale partners te vragen het maximale verschil tussen de hoogste en laagste lonen binnen bedrijven vast te leggen.”

22 “….de btw op deelmobiliteit verlagen naar 6%.”

22 “…goedkopere treintickets bij de NMBS”

37 en 38. “….uitkeringen boven de armoedegrens liggen, is een vanzelfsprekendheid. Met een welvaartsgarantie zorgen we ervoor dat niemand onder de armoedegrens leeft en de kinderbijslag zetten we in als een échte hefboom tegen gezinsarmoede. Sociale rechten kennen we automatisch toe zodat alle mensen krijgen waar ze recht op hebben.Arm of rijk, iedereen heeft recht op dezelfde, kwalitatieve dienstverlening. Zorg houden we betaalbaar door een verhoogde tegemoetkoming automatisch toe te kennen en bij de dokter betaal je alleen nog het remgeld. Wie vragen of hulp nodig heeft, moet terecht kunnen bij een aanspreekpunt bij de overheid, niet gewoon een digitaal loket.Armoede aanpakken zonder iemand achter te laten, dat begint bij een eerlijke start voor elk kind en elke jongere. Een plaats in de kinderopvang is een recht voor elk kind, niet alleen voor kinderen met werkende ouders. En met gratis onderwijs zorgen we voor eerlijke kansen op school. Zolang armoede niet in de kern aangepakt wordt, willen we gratis schoolmateriaal en kostendekkende schooltoelages voor gezinnen met lage inkomens, en voedzame maaltijden op school, gratis voor wie het nodig heeft. Ook als je moeilijk rondkomt moet je kunnen deelnemen aan de samenleving. Met drempelverlagende initiatieven krijgt iedereen toegang tot het cultuur-, sport- en vrijetijdaanbod. We verankeren de participatie van mensen in armoede aan de samenleving door het armoede- middenveld nauw te betrekken bij het beleid en de uitrol ervan.”

75 “….meer mensen recht geven op gratis juridische bijstand”

“Mensen met een migratieachtergrond (en andere discriminatiegronden) hebben een groter risico hebben op armoede. Veel mensen met een migratieachtergrond kunnen hun potentieel op de arbeidsmarkt niet verwezenlijken door structurele hindernissen. Groen wil een pact voor meer gelijkheid en diversiteit op de arbeidsmarkt tussen overheden, werknemers en werkgevers.” (uitgebreid programma p. 14)

Impactanalyse

PVDA erkent dat de oorzaken van armoede structureel en geracialiseerd zijn. In haar programma bespreekt de partij daarbij onder meer de generatie-armoede van mensen met een migratieachtergrond. De partij bespreekt ook de discriminerende wetgeving die vereist dat men langdurig in België moet verblijven om toegang te krijgen tot de Vlaamse Sociale Bescherming.

Relevante passages uit het partijprogramma van PVDA

Structurele raciale armoede

”Mensen met roots in de migratie, of het nu gaat om nieuwkomers, of mensen die hier al vier generaties leven, lopen een beduidend groter risico op armoede, werkloosheid, laaggeschooldheid en slechte huisvesting.”

Discriminerende sociale zekerheid

“Rechten worden daardoor uitgehold, en specifiek de rechten van mensen met migratieachtergrond. De Vlaamse regering besliste bijvoorbeeld dat je enkel toegang hebt tot de Vlaamse Sociale Bescherming na 10 jaar op het grondgebied te wonen en op voorwaarde dat je de inburgeringscursus hebt gevolgd. Maar gedurende die 10 jaar betaal je wel al je bijdrage.”

Samenvatting

Volgens het Vlaams Belang wordt het armoedebeleid momenteel ondergraven door de ‘import van armoede over de hele wereld: de massamigratie ondermijnt de betaalbaarheid van de sociale zekerheid en de beschikbaarheid van sociale voorzieningen, zoals sociale woningen. (…) Het Vlaams Belang wil af van de massamigratie, waardoor de armoede van over de hele wereld dit land binnenstroomt, ten nadele van onze mensen in armoede. De eerste verantwoordelijkheid van de overheid is te zorgen voor haar eigen burgers, voor het eigen volk.(…) In plaats van een warm beleid voor onze mensen die in bestaansonzekerheid leven, kiezen de systeempartijen ervoor om de armoede van over de hele wereld te importeren. Daarvan zijn onze kwetsbare mensen de grootste dupe. Want de massamigratie ondermijnt de betaalbaarheid van de sociale zekerheid en de beschikbaarheid van sociale voorzieningen, zoals sociale woningen.(p. 34)

In hun armoedebeleid maakt het Vlaams Belang regelmatig onderscheidt tussen mensen in armoede op basis van afkomst en verblijfsstatuut: 

“Duizenden opvangplaatsen voor asielzoekers worden met een vingerknip bijgemaakt, terwijl onze dakloze mensen in de kou slapen.” (p. 35)

Ze willen ‘een aparte sociale zekerheid voor immigranten, naar Deens model: enkel wie acht jaar in dit land verblijft, minstens drie jaar gewerkt en bijgedragen heeft en voldoende kennis van het Nederlands heeft, krijgt toegang tot onze sociale zekerheid. Ook vragen ze een taalverplichting voor sociale zekerheidsuitkeringen en sociale woningen.’ (p. 35)

Impactanalyse

Uit verschillende onderzoeken blijkt dat mensen met migratieachtergrond een groter risico lopen om in armoede te belanden. Het Vlaams Belang beschrijft dit ook zelf in hun verkiezingsprogramma: ‘Bepaalde doelgroepen worden geconfronteerd met een hoger armoederisico: ouderen, langdurig zieken, alleenstaanden, eenoudergezinnen, werkloze gezinnen, huurders en personen van vreemde afkomst (sic). (p. 34).’ Tegelijkertijd zijn de voorstellen van het Vlaams Belang erop gericht om net die groep minder ondersteuning en rechten te bieden. Wie al kwetsbaar is wordt dus nog meer getroffen. Ook is de vraag of deze voorstellen overeind blijven als ze getoetst worden aan de grondwet. Zo vernietigde het Grondwettelijk Hof in 2023 nog een aantal bepalingen uit het decreet Vlaamse Sociale Bescherming die onder andere gingen over het optrekken van de verblijfsvoorwaarde. Het Hof vernietigde ook de bijkomende voorwaarde om te voldoen aan de inburgeringsplicht.

Samenvatting

In haar partijprogramma heeft Vooruit geen specifieke aandacht voor de verwevenheid tussen racisme en economische uitsluiting. Wel wordt er gesproken over het bewerkstelligen van een ‘gelijke startpositie’ om armoede structureel te verminderen (p. 69). Verderop in het partijprogramma lijkt Vooruit te zinspelen op het verplicht maken van kinderopvang.

  • “Door meer middelen rechtstreeks in kinderen te investeren (cash naar diensten), verkleinen we de ongelijkheid. Tegelijk zorgen we ervoor dat het kindergeld gerichter wordt toegekend, zodat geen enkel kind in armoede moet opgroeien. We verwachten dat ouders ook gebruikmaken van de ondersteuning die in het belang van hun kinderen voorzien wordt. Zo willen we elk kind in de kinderopvang en in de kleuterklas krijgen. Alleen zo kunnen we garanderen dat elk kind echt een gelijke basis aan kansen krijgt.” (p. 142)
  • “Door te zorgen voor gezonde maaltijden, lagere schoolkosten en goede kinderopvang, voorzien we een sterke basis aan kansen voor elk kind. Die kansen moeten ook gegrepen worden door de ouders. Daarom verwachten we voldoende aanwezigheid in de opvang, in de kleuterklas en op school.” (p. 143)

Er is in het verkiezingsprogramma wel aandacht voor het tegengaan van uitbuiting van arbeidsmigranten. Maar tegelijkertijd werpt Vooruit juist extra drempels op voor nieuwkomers om van hun sociale rechten gebruik te kunnen maken – wat armoede bij die groep juist in de hand kan werken. Zo wil Vooruit hen pas na drie jaar het recht op een leefloon geven. De ‘integratiesteun’ die er in de eerste drie jaar voor in de plaats komt, krijgt men enkel op voorwaarde van het doorlopen van een ‘nieuwkomerstraject’.” (p. 237)

Impactanalyse

Belgen met een migratieachtergrond lopen een groter risico om in armoede terecht te komen. Dit gaat om een complex web van historische financiële achterstelling en structureel racisme in onder meer het onderwijs, in de zorg, op de arbeidsmarkt en op de woningmarkt. In het partijprogramma van Vooruit is hier geen aandacht voor. 

Het beleid dat er wel wordt voorgesteld om kinderen een gelijke startpositie te geven, gaat gepaard met een rechten- en plichtendiscours. Het risico hierbij is dat rechten voorwaardelijk gemaakt worden, en daardoor voor sommige groepen worden ingeperkt.

Relevante passages uit het partijprogramma van Vooruit

p. 69: Om armoede structureel te verminderen, is een gelijke startpositie cruciaal. We moeten voorkomen dat armoede van generatie op generatie wordt doorgegeven. Daarom moet elk kind een gelijke basis aan kansen krijgen vanaf de geboorte. Om die gelijke basis te voorzien, zorgen we voor betaalbare kinderopvang, gezonde maaltijden op school en een lagere schoolfactuur.

p. 142: Vooruit wil dat ieder kind krijgt wat het nodig heeft om zich volledig te ontwikkelen. Om dat te bereiken gaan we de zaken drastisch anders aanpakken dan vandaag. We zorgen voor een basis aan kansen voor elk kind door extra te investeren in kinderen en het kindergeld te hervormen. Zo kunnen we voor elk kind goede opvang voorzien in de crèche en een gratis maaltijd op de basisschool. Zo kunnen we voor elk kind een plafond zetten op de schoolfacturen in het middelbaar onderwijs, zodat ze allemaal voor de studierichting kunnen kiezen die het beste bij hen past. Door meer middelen rechtstreeks in kinderen te investeren (cash naar diensten), verkleinen we de ongelijkheid. Tegelijk zorgen we ervoor dat het kindergeld gerichter wordt toegekend, zodat geen enkel kind in armoede moet opgroeien. We verwachten dat ouders ook gebruikmaken van de ondersteuning die in het belang van hun kinderen voorzien wordt. Zo willen we elk kind in de kinderopvang en in de kleuterklas krijgen. Alleen zo kunnen we garanderen dat elk kind echt een gelijke basis aan kansen krijgt.

p. 143: Door te zorgen voor gezonde maaltijden, lagere schoolkosten en goede kinderopvang, voorzien we een sterke basis aan kansen voor elk kind. Die kansen moeten ook gegrepen worden door de ouders. Daarom verwachten we voldoende aanwezigheid in de opvang, in de kleuterklas en op school.

p. 228: [Onder het kopje ‘de strijd voor vrouwenrechten’] We hebben elk vrouwelijk talent nodig op de arbeidsmarkt. Daarom investeren we meer in de economische zelfstandigheid van vrouwen, in het bijzonder van (alleenstaande) moeders, kort opgeleide vrouwen en vrouwen met een migratieachtergrond. Omdat vrouwen die aan het werk zijn, beter beschermd zijn tegen armoede en afhankelijkheid. Drempels om te kunnen werken, moeten worden weggewerkt. Kinderopvang is daarin een cruciale factor. Maar ook een beter loon en betere arbeidsomstandigheden, in het bijzonder voor vrouwelijke arbeidsters, huishoudhulpen en vrouwen in zorgberoepen.

Impactanalyse

Groen heeft duidelijk oog voor de mensenrechtenrisico’s die verbonden zijn aan kunstmatige intelligentie. Ze  noemen daarbij ook het risico op discriminatie en doen verschillende voorstellen om hieraan tegemoet te komen. Ze pleiten voor een verbod op discriminerende technologieën en een human rights assessment, een ethische raad en een onafhankelijk toezichtsmechanisme. 

Daarnaast pleit Groen ook voor een betere verzameling van klachten en rechterlijke uitspraken rond discriminatie. Deze maatregel heeft als risico dat er geen rekening wordt gehouden met onderrapportage. Daarom is het ook belangrijk om werk te maken van een betere datacollectie rond afkomst en etniciteit, zodat op macroniveau beter ongelijkheden tussen verschillende gemeenschappen en minderheden gemonitord kunnen worden.

Relevante passages uit het partijprogramma van Groen

“We bekijken AI met een mensenrechtenbril. Een ongebreidelde toepassing van AI kan ertoe leiden dat de sociale kloof uitvergroot wordt, dat mensenrechten beknot worden – in dictatoriale regimes maar ook bij ons – en dat geautomatiseerde beslissingsprocessen in de plaats komen van menselijke beoordeling, ook in gevoelige domeinen als gezondheidszorg, politie en justitie. 

Mensenrechten als het recht op non-discriminatie, het recht op privacy, het recht op vrije meningsuiting en de vrijheid van vergadering, kunnen onder druk komen te staan. Die gevaren worden niet steeds doelbewust gecreëerd. Waar bijvoorbeeld de Chinese overheid bewust massasurveillance door AI mogelijk maakt, creëren andere systemen onbewust bias en discriminatie. Omdat AI-systemen leren van bestaande data, kunnen zij ongelijkheden en vooroordelen versterken en verderzetten. Het is daarom belangrijk dat we toepassingen van AI die té risicovol zijn, verbieden. Denk daarbij aan toepassingen als gezichtsherkenning in de openbare ruimte, technologie voor predictive policing, sociale scores of technologie die emoties kan detecteren. 

Zowel op Europees niveau als internationaal wordt gepleit voor een verbod op dergelijke technologieën. België moet op dat vlak een voortrekkersrol nemen, en waar nodig verder gaan dan wat Europa oplegt. In functie van het risico, leggen we gebruikers en ontwikkelaars van AI meer of minder verplichtingen op. In ieder geval is een doorlichting van de risico’s voor mensenrechten, een zogenaamde human rights impact assessment, voor elke nieuwe ontwikkeling en elk nieuw gebruik van AI dat risico’s kan inhouden, noodzakelijk. Niet alleen het gebruik van AI kan immers risico’s inhouden: als het systeem ontwikkeld wordt op basis van vertekende data, zitten de risico’s in de ontwikkeling ingebakken. 

(…) Beleidsmakers moeten goed geïnformeerd worden over de voordelen en gevaren van AI. Daarom richten we ook een Ethische Raad voor AI op. We voorzien ook een onafhankelijk toezichtmechanisme, dat kan optreden wanneer AI-systemen de voorschriften niet respecteren. We geven dat mechanisme vorm in overleg met de bestaande instellingen voor de bescherming van de mensenrechten in ons land. Het is immers niet voldoende om AI alleen vanuit de mechanismen voor gegevensbescherming te benaderen. Transparantie over de werking van algoritmen moet worden verplicht. Dat geldt a fortiori wanneer de overheid gebruikt maakt van AI in processen die een impact hebben op de burger. We geven burgers een overzicht van welke algoritmen gebruikt worden, met welke data ze getraind worden en welke waarborgen voorzien zijn. Daartoe richten we een openbaar register van AI-toepassingen op. 

AI mag niet alleen ingezet worden om commerciële belangen te dienen en ter beschikking staan van wie het kan betalen, maar moet gebruikt worden om de uitdagingen waarmee de wereld wordt geconfronteerd aan te gaan. Het is een essentiële rol van de overheid om technologische ontwikkelingen, waaronder AI, te omkaderen met regulering en te promoten, zodat de ontwikkelingen worden gestuurd in een richting waar de burger baat bij heeft. Om verdere ontwikkeling te stimuleren in een veilige omgeving, maken we zogenaamde regulatory sandboxes mogelijk. Daarin kan geëxperimenteerd worden in een veilig kader, zodat de ontwikkeling ook ingezet kan worden voor het algemeen belang. Wanneer besluitvorming geheel of deels afhankelijk is van AI moet er kunnen worden ingegrepen om dat te herstellen. Daarom pleiten we voor de verplichte invoering van een kill switch bij AI-systemen, zodat “beslissingen” van die systemen steeds herroepen kunnen worden door menselijke tussenkomst. 

Voor gebruikers van digitale systemen moet het altijd duidelijk zijn wanneer zij met een AItoepassing interageren, vooral met het oog op automatisch genereerde profielen en op politieke reclame. Op het internet moeten betrouwbare bronnen duidelijk te herkennen zijn. De digitalisering en verdere automatisering door artificiële intelligentie zullen een impact hebben op ons werk en de samenleving. Ook intellectuele en creatieve taken zullen immers overgenomen kunnen worden van mensen. Een bredere mensgerichte benadering van nieuwe technologie moet voorop staan. Veranderingen in taken en vereiste vaardigheden maken heropleiding en bijscholing nog meer noodzakelijk. Omdat het moeilijk te voorspellen is hoeveel en welke jobs bedreigd worden door AI, zal het nodig zijn om de invloed van nieuwe technologie op de werkgelegenheid nauwlettend op te volgen;” (uitgebreid programma, p. 41)

83 “… voldoende opleiding voorzien voor werknemers op het gebied van artificiële intelligentie (AI), zodat ze toepassingen goed kunnen gebruiken bij hun werk en zich kunnen omscholen wanneer hun job verandert door AI.”

83 “…. op school mediawijsheid en omgaan met sociale media en digitale technologie – zoals artificiële intelligentie – aan bod laten komen.”

83 “…meer digitale transparantie, zodat je als gebruiker weet hoe algoritmes werken en welke data gebruikt worden om ze te creëren. We vermijden dat een gesprek met AI een menselijke interactie lijkt. Dat doen we met een meldplicht.”

83 “….controle op toepassingen van AI. Elke nieuwe ontwikkeling toetsen we aan de mensenrechten. Risicovolle toepassingen verbieden we.”

“Groen wil een betere verzameling van klachten bij de politie, beslissingen van het openbaar ministerie en uitspraken van rechtbanken met betrekking tot discriminatie en haatdragend gedrag. Deze gegevens worden doorgegeven aan Unia, het VMRI en het IGVM, zodat er een beter beeld komt van de omvang van discriminatie en haat(..)..” ( uitgebreid programma p. 49)

Samenvatting

Open Vld wil artificiële intelligentie inzetten om justitie klantgerichter te maken. Dit met behulp van een digitale assistent die optreedt bij repetitieve vragen of AI die ondersteuning biedt bij het invullen van formulieren of het opstellen van verslagen en processen-verbaal. Het kan ook de magistraat ondersteunen bij het doen van juridische opzoekingen. Online criminelen willen die opsporen met AI software die autonome controle uitvoert van websites op fraude en naleving van economische wetgeving en detectie van misleidende praktijken. Het sanctioneren blijft voorbehouden voor de inspecteurs. Verder wil de partij slimme camera’s inzetten ter vervanging van 24/7 politiebewaking. 

Impactanalyse

Open Vld wil AI inzetten om justitie te ontlasten en efficiënter te doen werken. Omdat er geen aandacht wordt besteed aan AI- bias (vooroordelen door een gebrek aan data of door vooroordelen van menselijke makers van deze systemen) ontstaat er een grote risico op discriminatie van bepaalde groepen. De parameters van de slimme camera’s worden niet vermeld, waardoor bepaalde groepen of gemeenschappen extra geviseerd worden. Er ontbreekt vooralsnog een juridisch kader dat vooral betere dataverzameling op basis van etniciteit en andere identiteitskenmerken mogelijk maakt én die etnische profilering kan tegengaan.

Relevante passages uit het partijprogramma van Open Vld

  • “We breiden daarom de camera-/ANPRmogelijkheden uit in functie van het beschermen van hotspots zoals industriezones, transportomgevingen en kwetsbare natuurgebieden. Daarbij houden we maximaal rekening met privacy, en steeds in overleg met het lokaal bestuur. We beschermen zo deze gevoelige gebieden én ondersteunen zo het werk van onze politiemensen.” (P.79)
  • “Artificiële intelligentie kan de burger bijstaan om wegwijs te geraken binnen justitie. Een chatbox die als digitale assistent optreedt bij repetitieve vragen of AI die ondersteuning biedt bij het invullen van formulieren of het opstellen van verslagen en processen-verbaal. Het kan ook de magistraat ondersteunen bij het doen van juridische opzoekingen. Het gebruiken van videoconferentie zal zorgen voor efficiëntiewinsten en kan er ook voor zorgen dat wanneer iemand niet tot bij justitie geraakt, justitie tot bij hem of haar geraakt. Ook bij het oplossen van bijvoorbeeld cold cases kunnen technologie en wetenschap ons vooruit helpen. Digitalisering brengt justitie dichter bij de burger en schept net mogelijkheden om het gerechtspersoneel de omslag te doen maken naar een betere ondersteuning van de burgers die een digitale kloof ervaren.” (P.81)

Impactanalyse

De PVDA pleit voor technologie die gericht is op het verbeteren van het leven van mensen, niet op het verhogen van de winst van bedrijven. De partij is zich bewust van de potentiële risico’s van discriminatie door AI, bijvoorbeeld bij de werving van personeel. Daarom stelt de partij voor om bedrijven die dergelijke technologieën in hun diensten gebruiken, volledig verantwoordelijk te houden voor de keuzes die de software maakt.

Relevante passages uit het partijprogramma van PVDA

AI, discriminatie, rekrutering, vooroordelen, verantwoordelijkheid

“Zo kan AI discriminerend worden als het op gegevens gebaseerd is waarin vooroordelen geslopen zijn. Er zijn al heel wat voorbeelden van sollicitanten die niet weerhouden worden omwille van dergelijke discriminatie. Daarom verplichten we werkgevers om transparant te zijn over welke software er op de werkvloer en bij aanwervingen gebruikt wordt, de gegevensdatabanken waarop ze gebaseerd zijn open te stellen en beroep te doen op externe screening die mogelijke discriminatie eruit kan filteren. Ze dienen verantwoording af te leggen voor alle keuzes die de software maakt.”

“Alle software die in sollicitatie- of werkverband gebruikt wordt, moet gescreend worden op discriminerende afwijkingen. De werkgever moet zich altijd verantwoorden voor beslissingen genomen door systemen met artificiële intelligentie.”

Mensgerichte technologie, niet bedrijfsgericht

 “We gebruiken artificiële intelligentie om het leven van de mensen te verbeteren, in plaats van enkel te ontwikkelen wat zo veel mogelijk winst opbrengt.”

Een AI met vooroordelen zou dus ook discriminaties in de werkelijke wereld veroorzaken.”

Kif Kif

Interculturele beweging die strijdt voor gelijkheid en tegen racisme

Contactpersoon pers:
Nina Henkens, coördinator – nina@kifkif.be

Een woordje uitleg

Gender verwijst naar het geheel van dominante ideeën, sociale normen en maatschappelijke verwachtingen over mannelijkheid en vrouwelijkheid. Het gaat niet over persoonlijke opvattingen, maar over wat er leeft in de samenleving. Gender gaat over cultuur veeleer dan natuur. Welke eigenschappen vinden we typisch ‘vrouwelijk’ en welke ‘mannelijk’? Welke rollen en taken vinden we ‘normaal’ voor vrouwen, en welke voor mannen? Welk gedrag vinden we ‘gepast’ of juist ‘ongepast’ voor vrouwen en mannen? En hoe organiseren al die overtuigingen onze samenleving?

Sekse of biologisch geslacht daarentegen is puur biologisch. Het gaat dus over iemands biologisch geslacht en verwijst naar lichamelijke verschillen op het vlak van genen, genitaliën of geslachtsklieren die geslachtshormonen aanmaken. Het zijn verschillen die we kunnen vaststellen en waarover we feitelijke uitspraken kunnen doen. Het binaire model gaat uit van twee geslachten: mannen en vrouwen, met welomlijnde en van elkaar verschillende geslachtskenmerken. Maar er zijn ook mensen van wie de geslachtskenmerken niet binnen de klassieke tweedeling M/V vallen. Die mensen hebben een intersekse lichaam.

Genderidentiteit draait dan weer om het zelfbeeld en identiteitsgevoel van een individu. Hoe voelt iemand zich op het spectrum van mannelijkheid en vrouwelijkheid? Sluit dat gevoel aan bij het label dat die kreeg bij de geboorte? Genderidentiteit is hoogst persoonlijk en kan niet bepaald worden door een ander. Sekse en genderidentiteit zeggen dus iets over het lichaam en identiteitsgevoel van een individu, terwijl gender iets zegt over de verwachtingen en de structuren in de samenleving. Hoewel de samenleving verwacht mensen te kunnen indelen in binaire hokjes, is er dus veel meer diversiteit tussen mensen op het vlak van sekse of genderidentiteit.