Samenvatting
cd&v wil ouders vertrouwen geven en hen als primaire verzorgers respecteren, zonder overheidsinmenging in de opvoeding (p. 55). De partij wil ouders voldoende tijd en middelen geven om zelf keuzes te maken over de zorg van hun kinderen: door die zorg zoveel mogelijk zelf op te nemen of door beroep te doen op professionele opvang (p. 57, 169). Daarom wil cd&v enerzijds investeren in toegankelijke, betaalbare en kwalitatieve kinderopvang, en anderzijds in voldoende, toegankelijke en financieel haalbare verlofmogelijkheden (p. 57).
Dat laatste wil cd&v bekomen door verlofstelsels te hervormen naar één ‘kindvolgend’ verlofkader. Ieder kind krijgt dan bij de geboorte een ‘rugzak’ met verlofrechten die gelden tot het 18 jaar wordt, of 21 jaar indien het kind een handicap of bijzondere zorgnood heeft. Die rechten zijn in eerste instantie bedoeld voor ouders, maar kunnen ook door andere verzorgers worden opgenomen. Stapsgewijs wil cd&v naar een uitbreiding tot 24 maanden verlof per kind, waarbij het recht op 15 weken moederschapsrust (waarvan 10 verplicht) behouden blijft. Ook wil de partij een gelijke opname tussen beide ouders stimuleren, en alleenstaande ouders de volledige rugzak toekennen. De anciënniteitsvoorwaarden wil zij versoepelen en uitkeringen verhogen door het aantal weken waaraan men boven 80% van het normale (bruto)loon vergoed krijgt te verdrievoudigen. Tot slot moet zorgverlof volgens cd&v meetellen voor de pensioenstelling en flexibel kunnen worden opgenomen, ook in een tiende van de arbeidstijd en gedurende een periode van weken in plaats van maanden (pp. 170-171). Ook andere zorgtaken (bijvoorbeeld voor zieke ouders, vrienden, kennissen) wil cd&v maatschappelijk waarderen en ondersteunen door het kluwen aan zorgverloven te harmoniseren en vervangen door één overzichtelijke verlofkoffer (p. 171).
cd&v erkent dat vrouwen vaker deeltijds werken dan mannen, en dat dit een aanzienlijke impact heeft op hun pensioen. Volgens de partij moet de overheid werknemers hierover beter informeren (p. 156). Belangrijk voor cd&v is meer mensen aan de slag te krijgen (p. 148). Zij focust daarbij op een aantal groepen, waaronder huisvrouwen en -mannen (p. 152). cd&v wil hen “aanmoedigen om aan de slag te gaan, maar niet verplichten” door outreachend te werken op lokaal niveau en drempels weg te werken (p. 150).
Om de combinatie werk-privé te verbeteren pleit cd&v voor flexibele arbeidsregelingen, zoals glijdende werkuren, schoolbeluren en telewerk (p. 156). Ook de dienstenchequesector is van cruciaal belang, aldus cd&v. De partij pleit voor een getrapte subsidiëring om de betaalbaarheid voor de middenklasse te bewaken en de lonen voor poetshulpen te verhogen. Het gaat daarbij om een basissubsidiëring in verhouding tot het aantal dienstencheques en een aanvullende subsidiëring die gekoppeld is aan voorwaarden rond arbeidsomstandigheden. Concreet zou een dienstencheque een euro duurder worden en zou de belastingaftrek beperkt kunnen worden, aldus cd&v (pp. 171-2).
Wat betreft de loonkloof pleit cd&v voor een snelle omzetting van de EU-richtlijn over loontransparantie, evenals een evaluatie en indien nodig aanpassing van de loonkloofwet (p. 155). Ook wil zij bedrijven stimuleren om de interne loonkloof te analyseren en door middel van een actieplan te verkleinen (p. 155). Tot slot pleit cd&v voor een inclusieve bedrijfscultuur met oog voor een goede werk en privébalans, sensibiliseringscampagnes met rolmodellen en een evenwichtige samenstelling van raden van bestuur en uitvoerende organen (p. 155) (lees meer bij vertegenwoordiging en besluitvorming).
De pensioenkloof wil cd&v tegengaan door een verplicht aanvullend pensioen, de pensioensplit als norm en een evenredige pensioenstelling, waarbij iedere gewerkte of gelijkgestelde dag telt en de huidige vereiste van een minimum aantal gewerkte jaren vervalt. Zo wil de partij ervoor zorgen dat wie deeltijds werkte om te zorgen voor het gezin niet uit de boot valt. Daarnaast wil cd&v op het vlak van pensioenen systematisch nagaan of maatregelen gegenderde effecten hebben (pp. 181-185).
Impact
Zorgverlofstels wil cd&v hervormen, in een kindvolgend verlofkader enerzijds en een zorgkoffer anderzijds voor bijvoorbeeld mantelzorg. Hoewel de partij benoemt dat de kindvolgende verlofrechten in eerste instantie bedoeld zijn voor ouders, beoogt zij deze open te stellen voor andere zorgfiguren om meer flexibiliteit te voorzien. Om gendergelijke rolpatronen te bevorderen is er echter nood aan een stimulans om ervoor te zorgen dat mannen en vrouwen verlof en zorg gelijk opnemen. Hoewel de partij dit vermeldt, gaat zij hier niet concreet op in en blijft het dus onduidelijk hoe cd&v een gelijke opname van zorgverlof wil aanmoedigen. Dat is belangrijk omdat dominante genderstereotypen en de economische realiteit van de loonkloof maken dat vrouwen vanaf de geboorte nog steeds als primaire gezinsverzorger en mannen als primaire kostwinner worden aangemoedigd. Zorgverlofstels zijn dan ook belangrijke instrumenten om die gelijke rolpatronen doorheen de levensloop van het kind te onderhouden, en niet alleen de loopbanen maar zo ook de lonen en pensioenen van vrouwen en mannen gelijker te maken. De hervorming die cd&v voorstelt, kent alleenstaande ouders wel meer rechten toe en voorziet in meer gelijkheid tussen werknemers ongeacht hun statuut en anciënniteit. Ook zorgen de voorgestelde hogere uitkeringen ervoor dat zorgverlofstelsels financieel haalbaar en toegankelijker worden, specifiek voor alleenstaande ouders en ouders met een lager inkomen, en draagt zo bij aan het creëren van meer gelijke kansen.
De combinatie werk-privé verbeteren beoogt cd&v aan de hand van flexibele arbeidsregelingen, zoals tele- en thuiswerk of glijdende uren, die maximale werkregimes mogelijk maken. Goedkope dienstencheques zorgen er dan weer voor dat middenklasse gezinnen huishoudelijke taken kunnen uitbesteden, terwijl dit voor de lage inkomensgezinnen – waaronder vaak het personeel in de dienstenchequesector zelf – geen structurele oplossing biedt. Zorgarbeid wordt zo doorgeschoven tussen gezinnen, en creëert in eerste instantie meer ongelijkheid tussen vrouwen onderling gezien zorgarbeid – betaald of onbetaald – nog steeds voornamelijk door vrouwen wordt gedaan. Via een getrapte subsidiëring gekoppeld aan voorwaarden in de sector wil cd&v dienstencheques betaalbaar houden voor de middenklasse door ze slechts één euro duurder te maken, hoewel het belastingvoordeel wordt beperkt. Tegelijkertijd beoogt de partij op die manier de lonen en arbeidsvoorwaarden van poetshulpen te verbeteren, hoewel ze daar niet concreet op ingaat. De dienstenchequesector, waar voornamelijk vrouwen werken, verkeert momenteel in crisis. Loonsverhogingen en betere arbeidsvoorwaarden zouden dus een positief effect hebben op de lonen en arbeidsvoorwaarden van een grote groep kwetsbare vrouwen.
cd&v erkent dat vrouwen nog steeds ongelijk participeren op de arbeidsmarkt en gemiddeld minder verdienen dan mannen, en dat zij tegelijkertijd het gros van de zorgtaken op het thuisfront opnemen. Die feiten zijn dan ook met elkaar verbonden. Veel vrouwen werken deeltijds omdat het de enige manier is om werk, zorg en huishouden te combineren. Een stereotiepe rolverdeling, samen met hun vaak lagere loon, zorgt ervoor dat vooral vrouwen deeltijds werken. Echter, over deeltijds werk stelt cd&v louter parttimers te willen informeren over de impact op hun pensioen. Ook wil de partij huismannen en -vrouwen aanmoedigen om “aan de slag te gaan”, waarmee zij miskent dat onbetaalde zorgarbeid thuis ook werk is. De focus ligt daarmee op individuele verantwoordelijkheid met weinig oog voor structurele ongelijkheid, zoals de vicieuze cirkel van de loonkloof en genderstereotypen. Het ontbreekt cd&v dan ook aan voorstellen om genderongelijkheid inzake arbeid en zorg op beide fronten structureel weg te werken, thuis en op de arbeidsmarkt. Dat cd&v de loonkloof, die op vandaag nog steeds 20% uitmaakt, vermeldt maar niet met structurele maatregelen wil tegengaan, toont dat dit voor de partij bovenal het gevolg is van individuele keuzes en competenties. Op het vlak van de pensioenkloof schuift cd&v wel een aantal maatregelen naar voren om genderongelijkheid terug te dringen. Vooral het voorstel om iedere gewerkte dag te laten meetellen, evenals de pensioensplit is daarbij relevant. Wettelijk en aanvullend pensioen dat wordt opgebouwd tijdens het samenleven met een partner worden dan gelijk verdeeld.