Hoofddoek (Open Vld)

Samenvatting

In haar partijprogramma neemt Open Vld geen standpunt in over de vrijheid om al dan niet een hoofddoek, of religieuze en levensbeschouwelijke kentekens, te dragen in onderwijs, in overheidsfuncties en breder op de werkvloer.

Impact

Dit onderwerp komt niet aan bod bij Open Vld, een liberale partij die focust op individuele vrijheden en rechten. Opvallend is dat Open Vld op het vlak van abortus pleit om baas over eigen lichaam te zijn (p. 109), maar dat diezelfde argumentatie in haar partijprogramma niet aan bod komt op het vlak van de hoofddoek. 

Een hoofddoekverbod druist namelijk in tegen het zelfbeschikkingsrecht van vrouwen, en viseert specifiek moslima’s die een hoofddoek (wensen te) dragen. Het is dan ook een vorm van meervoudige discriminatie, op het vlak van genderidentiteit enerzijds en op het vlak van religie anderzijds. Ook is het een vorm van indirecte discriminatie: het is een schijnbare neutrale maatregel die in theorie voor iedereen geldt, maar in de praktijk uitsluitend een specifieke groep personen discrimineert op basis van een identiteitskenmerk, in dit geval personen die zichtbaar religieus zijn. 

Bovendien brengt het hoofddoekverbod meerdere mensenrechten in gedrang. Zo staat een hoofddoekverbod haaks op de geest van het recht op godsdienstvrijheid. Daarnaast schendt een hoofddoekverbod in het onderwijs en op de arbeidsmarkt het recht op vrije keuze van onderwijs en arbeid van een grote groep meisjes en vrouwen in Vlaanderen, terwijl onderwijs en arbeid historisch gezien belangrijke hefbomen voor vrouwenemancipatie zijn geweest. Meisjes en vrouwen kansen ontnemen in die domeinen creëert niet alleen genderongelijkheid, maar ook ongelijkheid tussen vrouwen. Een hoofddoekverbod is dus nadelig voor de meisjes en vrouwen in kwestie, maar ook voor de samenleving in haar geheel omdat het een grote groep bekwame arbeidskrachten uitsluit en kansen mist op het vlak van positieve representatie.

Meer weten?