Samenvatting
In hun brochure ‘Cultuurstrijd’ (een bijvoegsel bij het verkiezingsprogramma) maakt Vlaams Belang duidelijk dat ze het beleid tegenover middenveldorganisaties, en in het bijzonder de cultuursector, radicaal wil hervormen, door in te grijpen op het subsidiebeleid.
“Cultuur moet in de eerste plaats een reflectie zijn van hetgeen in de Vlaamse gemeenschap leeft. Al jaren blinkt dit beleid echter uit door wereldvreemdheid, spilzucht, vriendjespolitiek en arbitraire beslissingen, als gevolg van een nefast nepotisme. Zeker in tijden waar de broeksriem dient te worden aangehaald is dit onverantwoord. Het Vlaams Belang wil een doordacht beleid. (…) Deze drastische beleidsmatige heroriëntering heeft volgens ons alleen maar kans van slagen wanneer de gehanteerde criteria en evaluatie-instrumenten grondig worden herbekeken. (…) Daarenboven moet een bijzondere subsidiecommissie waken over de toezegging van subsidies aan projecten en verenigingen. De bedoeling is om de spilzucht tegen te gaan, de cultuursector te responsabiliseren en als een goede huisvader om te gaan met gemeenschapsmiddelen. Bovendien moet deze subsidiecommissie erover waken dat het gelijkekansenbeleid en bijgevolg het non-discriminatiebeleid van de Vlaamse overheid gehuldigd wordt.” (p. 34)
Impactanalyse
Het is moeilijk in te schatten wat de impact van deze hervorming zou betekenen voor het middenveld, omdat het Vlaamse Belang geen duidelijkheid schept over hoe zij criteria en evaluatie-instrumenten willen hervormen. Wel blijkt dat zij een erg negatieve en wantrouwige houding aannemen tegenover het middenveld, die niet volledig gestaafd wordt met officiële en formele beleidsevaluaties of administratieve beslissingen. Ook is het niet duidelijk of hun definitie van ‘het gelijkekansenbeleid en non-discriminatiebeleid van de Vlaamse overheid’ gebaseerd is op de geldende wetgeving of hun ideologische invulling van deze begrippen. Deze plannen zetten de deur open voor politieke willekeur tegenover het middenveld, wat een bedreiging is voor hun autonome ruimte en onafhankelijkheid.